Selecteer een pagina

Klassenmanagement vanuit een interpersoonlijk perspectief

Theo Wubbels, Perry den Brok, Luce Claessens, Tim Mainhard & Jan van Tartwijk

Samenvatting

Dit boek biedt leraren zowel op de basisschool als in het voorgezet onderwijs een schat aan kennis en concrete voorbeelden om grip te krijgen op het klassenmanagement en zo effectieve leeromgevingen te creëren. Van de eerste week waarin je jezelf introduceert aan je nieuwe leerlingen tot het opbouwen van duurzame, positieve relaties met je klas, voor elk moment in het jaar kan dit boek als leidraad dienen. Zowel beginnende als ervaren leraren hebben baat bij de inzichten die gebaseerd zijn op meer dan veertig jaar wetenschappelijk onderzoek en praktijkervaring in de klas en de lerarenopleiding.

Leer hoe je op natuurlijke wijze vriendelijkheid en overwicht kunt tonen zonder je eigen stijl te verliezen. Dit boek biedt handvatten om een goede balans te vinden tussen een vriendelijk en gestructureerd klassenklimaat waarin zowel jij als je leerlingen kunnen floreren. 

Met dit boek in handen leg je de basis voor een heel schooljaar vol effectieve en plezierige lessen!

 

Mogelijk gemaakt door:

 

Oefeningen en bijlagen bij dit boek per hoofdstuk

3.1 Oefening Hoe zien interacties in jouw klas(sen) eruit?

Bevat:

Invulformulier 3.1a Interacties in klas/met leerling met wie ik een positieve relatie heb

Invulformulier 3.1b Interacties in klas/met leerling met wie ik een meer problematische relatie heb

3.2 Oefening  Welke non-verbale gedragingen gebruiken ervaren leerkrachten om hun leerlingen aan te sturen? 

Bevat:

3.2 Observatieformulier Effectiviteit van non-verbale gedragingen van een ervaren leerkracht

3.3 Oefening  Wat zegt het non-verbale gedrag?

3.4 Oefening  Waar plaats je gedrag van leerkrachten in de Interpersoonlijke Cirkel?

Bevat:

3.4 Invulformulier  Plaatsing gedrag in de Interpersoonlijke Cirkel

3.5 Oefening  Argumenten voor en tegen bepaald gedrag, waar liggen jouw idealen?

Bevat:

3.5 Invulformulier  Argumenten en situaties waarin gedrag wel of niet gewenst is.

3.6 Oefening  Waar plaats je gedrag van leerlingen in de Interpersoonlijke Cirkel?